DE GEMEENTERAAD
MOTIVERING
Het decreet lokaal bestuur bepaalt dat de gemeenteraad een huishoudelijk reglement dient vast te stellen bij de aanvang van de zittingsperiode waarin aanvullende maatregelen worden opgenomen in verband met de werking van de gemeenteraad.
Artikel 38 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen.
Besluit van de gemeenteraad van 28 februari 2019 houdende de goedkeuring van het huishoudelijk reglement en latere wijzigingen.
BESLUIT
Goedgekeurd met 18 stemmen voor (13 GIB, 3 Vooruit, 1 cd&v en Emma Van Meensel) en 3 onthoudingen (2 Vlaams Belang en Gino Van der Elst).
Artikel 1: Het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad goed te keuren als volgt:
BIJEENROEPING GEMEENTERAAD
Art. 1. - § 1. - De gemeenteraad vergadert ten minste tienmaal per jaar en zo dikwijls als de zaken die tot zijn bevoegdheid behoren, het vereisen.
Art. 2 - § 1. - De voorzitter van de gemeenteraad roept de gemeenteraad bijeen en stelt de agenda op. De agenda bevat in ieder geval de punten die door het college van burgemeester en schepenen aan de voorzitter van de gemeenteraad worden meegedeeld. De voorzitter van de gemeenteraad kan de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn bijeenroepen door een gezamenlijke oproeping met als bedoeling de vergaderingen aansluitend te laten doorgaan. Hierbij stelt de voorzitter van de gemeenteraad voor gemeente en OCMW duidelijk onderscheiden agenda’s op.
§ 2. - De oproeping wordt gepubliceerd via eMobile. De dossiers die betrekking hebben op de agenda worden ter beschikking gesteld op de wijze voorzien in art. 9 van dit reglement.
Wanneer de begeleidende stukken te omslachtig zijn of wanneer de teksten niet op elektronische wijze beschikbaar zijn, is de voorzitter van de gemeenteraad gerechtigd om ze ter inzage te leggen op het secretariaat van het lokaal bestuur.
§ 3. - De voorzitter van de gemeenteraad moet de gemeenteraad bijeenroepen op verzoek van:
1° een derde van de zittinghebbende leden;
2° een vijfde van de zittinghebbende leden als er zes weken na de datum van de vorige gemeenteraad nog geen bijeenroeping is gebeurd. De periode van zes weken wordt geschorst van 11 juli tot en met 15 augustus;
3° het college van burgemeester en schepenen;
4° de burgemeester voor zover het verzoek uitsluitend betrekking heeft op de eigen bevoegdheden van de burgemeester.
In hun schriftelijke aanvraag aan de algemeen directeur moeten de aanvragers de agenda vermelden, met voor elk punt een toegelicht voorstel van beslissing en de datum en het uur van de beoogde vergadering. De algemeen directeur bezorgt vervolgens de voorstellen aan de voorzitter van de gemeenteraad. Deze aanvraag moet ingediend worden, zodanig dat de voorzitter van de gemeenteraad de oproepingstermijnen, bepaald in art. 2 van dit reglement, kan nakomen.
De voorzitter van de gemeenteraad roept de vergadering bijeen op de voorgestelde datum en het aangewezen uur en met de voorgestelde agenda. De voorzitter kan punten aan de agenda toevoegen.
§ 4. - De oproeping (of gezamenlijke oproeping) wordt ten minste acht dagen vóór de dag van de vergadering aan het raadslid bezorgd. In spoedeisende gevallen kan gemotiveerd van deze oproepingsperiode worden afgeweken. Het is de bevoegdheid van de voorzitter om die spoedeisendheid vast te stellen.
Een gezamenlijke oproeping in spoedeisende gevallen kan enkel als er zowel voor de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn spoedeisende punten zijn.
§ 5. - De oproeping vermeldt in elk geval de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda van de vergadering en bevat een toegelicht voorstel van beslissing bij elk agendapunt waarover een beslissing moet worden genomen. De agendapunten moeten voldoende duidelijk omschreven zijn.
Een gezamenlijke oproeping bevat duidelijk onderscheiden agenda’s voor de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn.
Art. 3. - § 1. - Gemeenteraadsleden kunnen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering punten aan de agenda toevoegen. Hiertoe bezorgen ze hun toegelicht voorstel van beslissing aan de algemeen directeur, via het e-mailadres: algemeen.directeur@grobbendonk.be, die de voorstellen bezorgt aan de voorzitter van de gemeenteraad. Noch een lid van het college van burgemeester en schepenen, noch het college als orgaan kan van deze mogelijkheid gebruikmaken.
§ 2. - De algemeen directeur deelt de aanvullende agendapunten, zoals vastgesteld door de voorzitter van de gemeenteraad, samen met de bijbehorende toegelichte voorstellen, onverwijld elektronisch mee aan de gemeenteraadsleden via eMobile.
De door de raadsleden overeenkomstig dit artikel aan de agenda toegevoegde punten worden behandeld op het einde van de openbare respectievelijk gesloten zitting.
FYSIEK, DIGITAAL OF HYBRIDE
Art. 4. - § 1. - De gemeenteraad kan enkel digitaal vergaderen in volgende uitzonderlijke omstandigheden:
een gezondheidscrisis, milieuramp of andere ernstige crisissituatie waarbij het de burgers afgeraden of verboden wordt om samen te komen;
een ernstige verstoring van de openbare orde of extreme weersomstandigheden waardoor het voor de raadsleden onmogelijk gemaakt wordt om fysiek te vergaderen;
een dringend noodzakelijke of spoedeisende beslissing van de raad die niet kan wachten en wanneer een fysieke vergadering niet tijdig georganiseerd kan worden.
Pas nadat de voorzitter van de gemeenteraad vastgesteld heeft dat een dergelijke uitzonderlijke omstandigheid zich effectief voordoet, wordt overgegaan tot een digitale vergadering van de gemeenteraad.
Dezelfde voorwaarden voor de oproeping gelden als in art. 2 van dit reglement, met daarbij de duidelijke vermelding dat het om een digitale vergadering gaat, inclusief de link met de toegang tot de digitale vergadering.
Is de oproeping voor vergadering reeds verstuurd, dan blijft die geldig, maar wordt op dezelfde wijze een aanvulling gestuurd die duidelijk maakt dat de vergadering enkel digitaal zal doorgaan, inclusief de link met de toegang tot de digitale vergadering. Van die aanvulling kan geen gebruik gemaakt worden om nog bijkomende punten aan de agenda toe te voegen. Ook de bekendmaking voor het publiek wordt op dezelfde wijze als in art. 8 van dit reglement aangevuld.
De voorwaarden uit het besluit van de Vlaamse Regering van 10 september 2021 over de voorwaarden voor digitaal of hybride vergaderen voor de organen van de lokale besturen gelden onverminderd.
§2. - De gemeenteraad kan enkel hybride vergaderen in volgende omstandigheden:
een ernstige verstoring van de openbare orde waardoor het mogelijk onveilig of moeilijk is voor (sommige) raadsleden om naar de fysieke vergadering te komen;
een raadslid dat wil deelnemen aan de vergadering maar dat niet kan omdat hij/zij door een arts in quarantaine is geplaatst wegens medische redenen. Het raadslid richt het verzoek via e-mail aan de algemeen directeur en de raadsvoorzitter.
Pas nadat de raadsvoorzitter vastgesteld heeft dat een dergelijke uitzonderlijke omstandigheid zich effectief voordoet, wordt overgegaan tot een hybride vergadering van de gemeenteraad.
De voorzitter van de gemeenteraad is steeds fysiek aanwezig bij een hybride vergadering.
Dezelfde voorwaarden voor de oproeping gelden als in art. 2 van dit reglement, met daarbij de duidelijk vermelding dat het om een hybride vergadering gaat, inclusief de link met de digitale toegang tot de hybride vergadering. De oproeping vermeldt welke raadsleden digitale toegang hebben.
Is de oproeping voor vergadering reeds verstuurd, dan blijft die geldig, maar wordt op dezelfde wijze een aanvulling gestuurd die duidelijk maakt dat de vergadering hybride zal doorgaan, inclusief de link met de digitale toegang tot de vergadering.
Van die aanvulling kan geen gebruik gemaakt worden om nog bijkomende punten aan de agenda toe te voegen. Ook de bekendmaking voor het publiek wordt op dezelfde wijze als in art. 8 van dit reglement aangevuld.
De voorwaarden uit het besluit van de Vlaamse Regering van 10 september 2021 over de voorwaarden voor digitaal of hybride vergaderen voor de organen van de lokale besturen gelden onverminderd.
OPENBARE OF BESLOTEN VERGADERING
Art. 5. - § 1. - De vergaderingen van de gemeenteraad zijn in principe openbaar.
§ 2. - De vergadering is niet openbaar als:
1° het om aangelegenheden gaat die de persoonlijke levenssfeer raken. Zodra een dergelijk punt aan de orde is, beveelt de voorzitter van de gemeenteraad de behandeling in besloten vergadering;
2° de gemeenteraad met twee derde van de aanwezige leden en op gemotiveerde wijze beslist tot behandeling in besloten vergadering, in het belang van de openbare orde of op grond van ernstige bezwaren tegen de openbaarheid.
De vergaderingen over de beleidsrapporten (= het meerjarenplan, de aanpassingen van het meerjarenplan en de jaarrekening) zijn in elk geval openbaar.
Art. 6. - De besloten vergadering kan enkel plaatsvinden na de openbare vergadering, uitgezonderd in tuchtzaken.
Bij een gezamenlijke oproeping opent de voorzitter eerst de openbare zitting van de gemeenteraad, waarbij de voorzitter de vergadering van de gemeenteraad schorst nadat de agenda van het openbare deel is afgewerkt. Tijdens deze schorsing van de gemeenteraad opent de voorzitter de raad voor maatschappelijk welzijn waarna de agenda van de raad voor maatschappelijk welzijn volledig afgewerkt wordt. Na het sluiten van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn opent de voorzitter het besloten deel van de gemeenteraad.
Als tijdens de openbare vergadering van de gemeenteraad blijkt dat de behandeling van een punt in besloten vergadering moet worden voortgezet, kan de openbare vergadering van de gemeenteraad, enkel met dit doel, worden onderbroken.
Als tijdens de besloten vergadering van de gemeenteraad blijkt dat de behandeling van een punt in openbare vergadering moet gebeuren, dan wordt dat punt opgenomen op de agenda van de eerstvolgende gemeenteraad. In geval van dringende noodzaak van het punt kan de besloten vergadering, enkel met dat doel, worden onderbroken.
Art. 7. - De gemeenteraadsleden, alsmede alle andere personen die krachtens de wet of het decreet de besloten vergaderingen van de gemeenteraad bijwonen, zijn tot geheimhouding verplicht.
INFORMATIE VOOR RAADSLEDEN EN PUBLIEK
Art. 8. - § 1. - Plaats, dag en uur van de raadsvergadering en de agenda worden openbaar bekend gemaakt via publicatie op de gemeentelijke website en/of andere gemeentelijke kanalen, uiterlijk acht dagen voor de vergadering.
In spoedeisende gevallen wordt de agenda uiterlijk 24 uur nadat hij is vastgesteld en uiterlijk vóór de aanvang van de vergadering openbaar gemaakt overeenkomstig het eerste lid.
§ 2. - Indien raadsleden punten aan de agenda toevoegen, wordt de aangepaste agenda binnen de 24 uur nadat hij is vastgesteld op dezelfde wijze bekendgemaakt.
Art. 9. - § 1. Voor elk agendapunt worden de dossiers vanaf de verzending van de oproeping via eMobile of via inzage ter beschikking gehouden van de raadsleden.
§ 2. - De ontwerpen van meerjarenplan, aanpassingen van het meerjarenplan en jaarrekening, worden op zijn minst veertien dagen vóór de vergadering waarop ze worden besproken aan ieder lid van de gemeenteraad bezorgd.
Vanaf het ogenblik dat het ontwerp van het beleidsrapport bezorgd is aan de raadsleden, wordt aan hen ook de bijbehorende documentatie ter beschikking gesteld.
Het meerjarenplan en de wijzigingen aan het meerjarenplan worden, op dezelfde wijze als de agenda, aan de raadsleden bezorgd.
Art. 10. - Aan de raadsleden moet, op hun verzoek, door de algemeen directeur of door de door hem aangewezen personeelsleden technische toelichting worden verstrekt over de stukken in de dossiers voor de gemeenteraad. Onder technische toelichting wordt verstaan het verstrekken van inlichtingen ter verduidelijking van de feitelijke gegevens die in de dossiers voorkomen en van het verloop van de procedure, steunend op documenten en feiten. Het gaat duidelijk niet over interpreteren van stukken of beleidsopties van de politieke verantwoordelijken, niet over hun persoonlijke visie of appreciatie over dossiers of het verwoorden van persoonlijke standpunten van leden van het college van burgemeester en schepenen.
De raadsleden richten hun verzoek per e-mail of mondeling aan de algemeen directeur. Vragen worden op dezelfde wijze beantwoord als ze gesteld worden, tenzij het raadslid en de algemeen directeur (of het aangewezen personeelslid) anders overeenkomen.
Art. 11. - § 1. - De gemeenteraadsleden hebben het recht van inzage in alle dossiers, stukken en akten, ongeacht de drager, die het bestuur van de gemeente betreffen.
§2. - De notulen van het college van burgemeester en schepenen worden, uiterlijk op dezelfde dag als de vergadering van het college waarop de notulen worden goedgekeurd, verstuurd aan de gemeenteraadsleden. Dit gebeurt via eMobile.
§ 3. - De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad en die bestemd is voor de gemeenteraad wordt meegedeeld aan de gemeenteraadsleden.
§ 4. - De raadsleden hebben steeds toegang tot het register van ingaande en uitgaande briefwisseling en tot alle volgende documenten die opgemaakt zijn tijdens de huidige bestuursperiode:
De goedgekeurde notulen van de gemeenteraad;
De goedgekeurde notulen van het college van burgemeester en schepenen;
De adviezen van het bijzonder comité voor de sociale dienst aan de gemeenteraad of het college van burgemeester en schepenen;
De beslissingen van de deontologische commissie;
De adviezen van de gemeentelijke adviesraden.
§ 5. - Buiten de documenten en dossiers bedoeld in art. 9 en art. 10 § 2 tot § 4 hebben de raadsleden het recht alle andere documenten te raadplegen, die betrekking hebben op het bestuur van de gemeente. De gemeenteraadsleden kunnen een digitaal afschrift krijgen van de akten en stukken betreffende het bestuur van de gemeente.
De raadsleden vragen inzage via e-mail aan de algemeen directeur. Daarbij geven ze duidelijk aan welke concrete stukken ze wensen in te zien. Het moet gaan om een vraag die niet onredelijk is. Zo snel als mogelijk na ontvangst van de aanvraag antwoordt de algemeen directeur via e-mail met een link naar het netwerk van de gemeente waarop de stukken beschikbaar gesteld worden. De stukken worden vanaf dat moment minstens acht dagen beschikbaar gesteld.
Indien een raadslid vermoedt dat een opgevraagd stuk onvolledig is, meldt het raadslid dit onmiddellijk aan de algemeen directeur.
Ook als de inzage geweigerd wordt, antwoordt de algemeen directeur binnen dezelfde termijn via een e-mail met daarin de motivering waarom de inzage geweigerd wordt.
Art. 12. - De gemeenteraadsleden hebben het recht de gemeentelijke instellingen en diensten die de gemeente opricht en beheert te bezoeken.
Om de algemeen directeur in de mogelijkheid te stellen het bezoekrecht praktisch te organiseren, delen de raadsleden vooraf schriftelijk mee welke instellingen of diensten zij willen bezoeken en welke dag en welk uur hun voorkeur heeft.
Tijdens het bezoek van een inrichting of dienst van de gemeente mogen de raadsleden zich niet mengen in de werking. De raadsleden zijn op bezoek en gedragen zich als een bezoeker.
Art. 13. - De gemeenteraadsleden hebben het recht aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen over gemeentelijke aangelegenheden. Daarvoor is geen toegelicht voorstel van beslissing nodig.
Op mondelinge en schriftelijke vragen van raadsleden wordt binnen de maand na ontvangst schriftelijk geantwoord of wordt minstens een stand van zaken meegedeeld.
Na afhandeling van de agenda van de openbare vergadering kunnen de raadsleden mondelinge vragen stellen over gemeentelijke aangelegenheden, die niet op de agenda van de gemeenteraad staan. Op deze mondelinge vragen wordt ten laatste tijdens de volgende zitting geantwoord.
QUORUM
Art. 14. - § 1. - De gemeenteraad kan enkel beraadslagen of beslissen als de meerderheid van de zittinghebbende gemeenteraadsleden aanwezig is. Indien een kwartier na het vastgestelde uur niet voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, stelt de voorzitter van de gemeenteraad vast dat de vergadering niet kan doorgaan.
De agendapunten die niet afgehandeld zijn, worden hernomen bij de start van de eerstvolgende raadsvergadering. Ze worden ook op die wijze opgenomen in de agenda.
§ 2. - De gemeenteraad kan echter, als hij eenmaal bijeengeroepen is zonder dat het vereiste aantal leden aanwezig is, na een tweede oproeping, ongeacht het aantal aanwezige leden, op geldige wijze beraadslagen en beslissen over de onderwerpen die voor de tweede maal op de agenda voorkomen.
In de oproep wordt vermeld dat het om een tweede oproeping gaat. In de tweede oproeping worden de bepalingen van artikel 26 van het decreet lokaal bestuur overgenomen.
WIJZE VAN VERGADEREN
Art. 15. - § 1. - De voorzitter van de gemeenteraad of zijn wettige plaatsvervanger zit de vergaderingen van de gemeenteraad voor en opent en sluit de vergaderingen.
Op de voor de vergadering vastgestelde dag en het daartoe aangewezen uur, en van zodra voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, verklaart de voorzitter van de gemeenteraad de vergadering voor geopend. Op vraag van een raadslid, of op eigen initiatief, kan de voorzitter de vergadering schorsen als dat wenselijk is. De duur van de schorsing wordt bepaald door de voorzitter van de raad.
§ 2. – Het laten deelnemen van derde personen aan de vergadering is slechts toegelaten in de gevallen voorzien in het decreet lokaal bestuur. Buiten deze gevallen kunnen derden bij de behandeling van een bepaald agendapunt slechts toegelaten worden met het oog op het verstrekken van informatie, toelichtingen en/of technische adviezen inzake materies, waarin zij uit hoofde van hun vorming, kwalificatie en/of beroepservaring als deskundig worden erkend. Bovendien dienen zij door de voorzitter van de gemeenteraad uitgenodigd te worden. Zij kunnen in geen geval deelnemen aan de besluitvorming.
§ 3. - De voorzitter van de gemeenteraad geeft kennis van de tot de raad gerichte verzoeken en doet alle mededelingen die de raad aanbelangen.
De gemeenteraad vat daarna de behandeling aan van de punten die vermeld staan op de agenda, in de daardoor bepaalde volgorde, tenzij de raad er anders over beslist.
De voorzitter van de gemeenteraad kan de behandeling van een toegevoegd punt, zoals omschreven in artikel 3, naar een volgende zitting verwijzen, als het niet aan de vereisten van een toegevoegd punt voldoet.
§ 4. - Een punt dat niet op de agenda voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve in spoedeisende gevallen.
Tot spoedbehandeling kan enkel worden besloten door ten minste twee derde van de aanwezige leden. De namen van die leden en de motivering van de spoedeisendheid worden in de notulen vermeld.
Art. 16. - § 1. - Nadat het agendapunt werd toegelicht, vraagt de voorzitter van de gemeenteraad welk lid aan het woord wenst te komen over het voorstel. Als er amendementen zijn, worden deze schriftelijk bezorgd aan de voorzitter. Ze worden mondeling toegelicht door de indiener wanneer die het woord krijgt.
Een amendement is een voorstel tot wijziging van de voorgestelde beslissing bij een agendapunt, zonder dat de voorgestelde beslissing daardoor fundamenteel verandert. Wordt er twijfel geuit of het wel gaat om een amendement of een nieuw agendapunt, dan beslist de raad of het om een amendement gaat. Meent de raad dat dit niet het geval is, dan wordt het ingediende amendement als onbestaande beschouwd.
De voorzitter van de gemeenteraad verleent het woord naargelang de volgorde van de aanvragen en, in geval van gelijktijdige aanvraag, naargelang de rangorde van de raadsleden.
§ 2. - Indien de gemeenteraad deskundigen wenst te horen, bepaalt de voorzitter van de gemeenteraad wanneer deze aan het woord komen.
De voorzitter van de gemeenteraad kan ook aan de algemeen directeur vragen om toelichtingen te geven.
§ 3. - Geen enkel raadslid mag meer dan tweemaal het woord nemen over hetzelfde onderwerp, tenzij de voorzitter van de gemeenteraad er anders over beslist.
§ 4.- Het woord kan door de voorzitter van de gemeenteraad niet geweigerd worden voor een rechtzetting van beweerde feiten.
In de volgende gevallen en volgorde wordt het woord verleend bij voorrang op de hoofdvraag, waarvan de bespreking aldus wordt geschorst:
1° om te vragen dat men niet zal besluiten;
2° om de verdaging te vragen;
3° om een punt te verwijzen naar een gemeenteraadscommissie;
4° om voor te stellen dat een ander dan het in bespreking zijnde probleem bij voorrang zou behandeld worden;
5° om te eisen dat het voorwerp van de beslissing concreet zou omschreven worden;
6° om naar het reglement te verwijzen.
§ 5. - Niemand mag onderbroken worden wanneer hij spreekt, behalve voor een verwijzing naar het reglement of voor een terugroeping tot de orde.
Als een lid van de raad, aan wie het woord werd verleend, afdwaalt van het onderwerp, kan alleen de voorzitter van de gemeenteraad hem tot de behandeling van het onderwerp terugbrengen. Indien na een eerste verwittiging het lid verder van het onderwerp blijft afdwalen, kan hem het woord door de voorzitter van de gemeenteraad ontnomen worden. Elk lid, dat in weerwil van de beslissing van de voorzitter van de gemeenteraad, tracht aan het woord te blijven, wordt geacht de orde te verstoren.
Dit geldt eveneens voor hen, die het woord nemen zonder het te hebben gevraagd en bekomen en die aan het woord blijven in weerwil van het bevel van de voorzitter.
Elk scheldwoord, elke beledigende uitdrukking en elke persoonlijke aantijging worden geacht de orde te verstoren.
§ 6. - Nadat de leden voldoende aan het woord zijn geweest en indien de voorzitter van de gemeenteraad oordeelt dat het agendapunt voldoende werd besproken, sluit de voorzitter de bespreking.
Art. 17. - § 1. - De voorzitter van de gemeenteraad is belast met de handhaving van de orde in de raadsvergadering.
§ 2. - Elk raadslid dat de orde verstoort, wordt door de voorzitter van de gemeenteraad tot de orde geroepen. Elk lid dat tot de orde werd geroepen, mag zich verantwoorden, waarna de voorzitter van de gemeenteraad beslist of de terugroeping tot de orde gehandhaafd of ingetrokken wordt.
§ 3. - De voorzitter van de gemeenteraad kan, na een voorafgaande waarschuwing, elke toehoorder die openlijk tekens van goedkeuring of van afkeuring geeft of die op enigerlei wijze wanorde veroorzaakt, uit de zaal doen verwijderen.
De voorzitter van de gemeenteraad kan bovendien een proces-verbaal opmaken tegen die persoon en dat proces-verbaal bezorgen aan het openbaar ministerie met het oog op de eventuele vervolging van de betrokkene.
§ 4. - Wanneer de vergadering rumoerig wordt, zodat het normale verloop van de bespreking in het gedrang wordt gebracht, kondigt de voorzitter van de gemeenteraad aan dat hij, bij voortzetting van het rumoer, de vergadering zal schorsen of sluiten.
Indien de wanorde toch aanhoudt, schorst of sluit hij de vergadering. De leden van de raad moeten dan onmiddellijk de zaal verlaten.
Van deze schorsing of sluiting wordt melding gemaakt in de notulen.
WIJZE VAN STEMMEN
Art. 18. - § 1. - Voor elke stemming omschrijft de voorzitter van de gemeenteraad het voorwerp van de bespreking waarover de vergadering zich moet uitspreken.
De amendementen worden vóór de hoofdvraag en de subamendementen vóór de amendementen ter stemming gelegd.
§ 2. - De beslissingen worden bij volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen genomen. De volstrekte meerderheid is gelijk aan meer dan de helft van de stemmen, onthoudingen, blanco en ongeldige stemmen niet meegerekend. Bij staking van stemmen is het voorstel verworpen, met uitzondering van hetgeen in artikel 30 wordt bepaald.
§ 3. - De leden van de gemeenteraad stemmen in niet geheim, behalve in de volgende gevallen:
1° de vervallenverklaring van het mandaat van gemeenteraadslid en van schepen;
2° het aanwijzen van de leden en het beëindigen van deze aanwijzing van de gemeentelijke bestuursorganen en van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen;
3° individuele personeelszaken.
§ 4. - De voorzitter van de gemeenteraad stemt als laatste, behalve bij een geheime stemming.
Art. 19. - § 1. - Er zijn drie mogelijke werkwijzen van stemmen:
1° de elektronisch uitgebrachte stemming of de stemming bij handopsteking bij technisch falen van het systeem;
2° de mondelinge stemming;
3° de geheime stemming of de stemming bij vooraf gemaakte stembriefjes bij technisch falen van het systeem.
De gemeenteraadsleden stemmen elektronisch of bij handopsteking bij technisch falen van het systeem, behalve als een derde van de aanwezige leden de mondelinge stemming vraagt.
§ 2. – De elektronische stemming geschiedt als volgt: Nadat de voorzitter van de gemeenteraad het voorwerp van de stemming heeft omschreven zoals bepaald in art. 18 vraagt hij om de stemming elektronisch uit te voeren via eMobile.
§ 3. - De stemming bij handopsteking geschiedt als volgt: Nadat de voorzitter van de gemeenteraad het voorwerp van de stemming heeft omschreven zoals bepaald in art. 18 vraagt hij achtereenvolgens welke gemeenteraadsleden ‘ja’ stemmen, welke ‘neen’ stemmen en welke zich onthouden.
Elk gemeenteraadslid kan per stemming slechts éénmaal zijn hand opsteken om zijn keuze duidelijk te maken.
§ 4. - De mondelinge stemming geschiedt door elk raadslid ‘ja’, ‘neen’ of ‘onthouding’ te laten uitspreken. Zij doen dat (met uitzondering van de voorzitter van de gemeenteraad) in de volgorde van de rangorde.
Art. 20. - Bij het technisch falen van het systeem voor een geheime stemming worden vooraf gemaakte stembriefjes gebruikt.
De raadsleden stemmen ‘ja’, ‘neen’ of onthouden zich. De onthouding gebeurt door het afgeven van een blanco stembriefje.
Voor de stemming en de stemopneming is het bureau in principe samengesteld uit de voorzitter van de gemeenteraad en de jongste twee raadsleden. De gemeenteraad kan bij eenvoudige meerderheid de samenstelling van het bureau voor de loop van de aan de gang zijnde gemeenteraad aanpassen. Ieder raadslid is gemachtigd de regelmatigheid van de stemopnemingen na te gaan.
Vooraleer tot de stemopneming over te gaan, wordt het aantal stembriefjes geteld. Stemt dit aantal niet overeen met het aantal raadsleden, die aan de stemming hebben deelgenomen, dan worden de stembriefjes vernietigd en wordt elk raadslid uitgenodigd opnieuw te stemmen.
Art. 21. - Voor elke benoeming tot ambten, elke contractuele aanstelling, elke verkiezing en elke voordracht van kandidaten wordt tot een afzonderlijke stemming overgegaan. Als bij de benoeming, de contractuele aanstelling, de verkiezing of de voordracht van kandidaten de vereiste meerderheid niet wordt verkregen bij de eerste stemming, wordt opnieuw gestemd over de twee kandidaten die de meeste stemmen hebben behaald.
Als bij de eerste stemming sommige kandidaten een gelijk aantal stemmen behaald hebben, dan wordt de jongste kandidaat tot de herstemming toegelaten. Personen worden benoemd, aangesteld, verkozen of voorgedragen bij volstrekte meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen heeft de jongste kandidaat de voorkeur.
Art. 22. - § 1. - De gemeenteraad stemt over het eigen deel van elk beleidsrapport.
Nadat zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn elk hun deel van het beleidsrapport hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport goed zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn. De gemeenteraad kan het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn niet goedkeuren als dat de financiële belangen van de gemeente bedreigt. In dat geval vervalt de eventuele vaststelling van het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de gemeenteraad.
§ 2. - De gemeenteraad stemt telkens over het geheel van het eigen deel van het beleidsrapport.
In afwijking daarvan kan elk gemeenteraadslid de afzonderlijke stemming eisen over een of meer onderdelen die hij aanwijst in het gemeentelijke deel van het beleidsrapport. In dat geval mag de gemeenteraad pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming.
Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot een volgende vergadering van de gemeenteraad. Als de raad voor maatschappelijk welzijn voordien zijn deel van het beleidsrapport al had vastgesteld, vervalt die vaststelling en stelt de raad voor maatschappelijk welzijn het gewijzigde ontwerp van beleidsrapport vast op een volgende vergadering.
NOTULEN EN ZITTINGSVERSLAG
Art. 23. - § 1. - Van iedere gemeenteraad worden notulen en een zittingsverslag opgemaakt. De notulen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat gegeven werd aan die punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen.
Zij maken eveneens duidelijk melding van alle beslissingen. Behalve bij geheime stemming of bij unanimiteit, vermelden de notulen voor elk raadslid of hij voor of tegen het voorstel heeft gestemd of zich onthield. Een raadslid kan vragen om in de notulen de rechtvaardiging van zijn stemgedrag op te nemen.
De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de gemeenteraad worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 277 en 278 van het decreet lokaal bestuur.
§ 2. - De zittingsverslagen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de tussenkomsten en de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden.
§ 3. - Als de gemeenteraad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 5, § 2 en artikel 6 van dit reglement in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgesteld.
Art. 24. - § 1. – De notulen van de vorige vergadering zijn, behalve in spoedeisende gevallen, ten minste acht dagen voor de vergadering ter beschikking via eMobile.
Het zittingsverslag (is een geluidsopname van de openbare vergadering) wordt uiterlijk 10 werkdagen na de gemeenteraadszitting op de gemeentelijke website ter beschikking gesteld. Het bestand blijft gedurende minimum 6 maanden ter beschikking via de gemeentelijke website en kan na archivering opgevraagd worden in het kader van het inzagerecht.
Elk gemeenteraadslid heeft het recht om opmerkingen te maken over de redactie van de notulen van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen van de vorige vergadering, worden de notulen als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur. In het geval de gemeenteraad bij spoedeisendheid werd samengeroepen, kan de gemeenteraad beslissen om opmerkingen toe te laten op de eerstvolgende vergadering.
§ 2. - Zo dikwijls als de raad het wenst, worden de notulen geheel of gedeeltelijk staande de vergadering opgemaakt en door de meerderheid van de gemeenteraadsleden en de algemeen directeur ondertekend.
Art. 25. -De reglementen, beslissingen, akten, brieven en alle andere stukken worden ondertekend zoals bepaald in artikel 279 tot 283 van het decreet lokaal bestuur.
De stukken, die niet vermeld worden in artikel 279, § 1 tot § 3 en § 5 van het decreet lokaal bestuur, worden ondertekend door de burgemeester en medeondertekend door de algemeen directeur. Zij kunnen deze bevoegdheid overdragen conform artikel 280 en artikel 283 van het decreet lokaal bestuur.
FRACTIES
Art. 26. - § 1. - Het gemeenteraadslid of de gemeenteraadsleden die op eenzelfde lijst verkozen zijn, vormen één fractie.Enkel wanneer voldaan is aan artikel 71, vijfde lid, van het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011 kunnen de kandidaten van een lijst twee aparte fracties vormen.
§ 2. - Elke fractie kiest een fractieleider uit haar leden en deelt op de eerstvolgende raadsvergadering mee wie de fractieleider is. Een fractie kan op elk moment een nieuwe fractieleider kiezen.
De fractieleider vertegenwoordigt de fractie in de vergaderingen van de gemeenteraad en het bureau van de raad. Hij/ zij fungeert als aanspreekpunt voor de algemeen directeur en het college van burgemeester en schepenen.
§ 3. - De financiering van de fracties wordt verder geregeld in art. 29 § 5 van het huishoudelijk reglement.
RAADSCOMMISSIES
Art. 27. - § 1. - De gemeenteraad richt naar eigen inzicht en op basis van de behoeften gemeenteraadscommissies op die zijn samengesteld uit gemeenteraadsleden. De commissies hebben als taak het voorbereiden van de besprekingen in de gemeenteraadszittingen, het verlenen van advies en het formuleren van voorstellen over de wijze waarop vorm wordt gegeven aan de inspraak van de bevolking telkens als dat voor de beleidsvoering wenselijk wordt geacht. De commissies kunnen steeds deskundigen en belanghebbenden horen.
De volgende commissie wordt opgericht:
Commissie financiën en regiowerking
De gemeenteraad kan, indien zij dit wenselijk acht, steeds bijkomende commissies oprichten.
§ 2. – De gemeenteraad bepaalt per gemeenteraadscommissie het aantal leden. De mandaten in iedere commissie worden door de gemeenteraad evenredig verdeeld volgens het systeem D’Hondt.
De evenredigheid vereist in ieder geval dat de som van het aantal mandaten dat toekomt aan de fracties waarvan leden deel uitmaken van het college van burgemeester en schepenen steeds hoger is dan de som van het aantal mandaten dat toekomt aan de andere fracties. Elke fractie wijst de mandaten toe, die haar overeenkomstig deze berekeningswijze toekomen, door middel van een voordracht, gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad. Als de voorzitter van de gemeenteraad voordrachten ontvangt voor meer kandidaten dan er mandaten te begeven zijn voor een fractie, dan worden de mandaten toegewezen volgens de volgorde van voorkomen op de akte van voordracht.
Als ten gevolge van de toepassing van de evenredige vertegenwoordiging een fractie niet vertegenwoordigd is in een commissie, kan de fractie een raadslid aanwijzen dat als lid met raadgevende stem in de commissie zetelt.
De gemeenteraadscommissies bestaan uit vijf commissieleden, als volgt samengesteld uit de fracties: 3 vertegenwoordigers van GIB, 1 van Vooruit en 1 van N-VA.
Tot de eerstvolgende volledige vernieuwing van de gemeenteraad wordt een fractie geacht eenzelfde aantal leden in de commissies te behouden. Indien één of meerdere leden verklaren niet meer te behoren tot de fractie kan dit lid niet meer zetelen, noch als lid van deze fractie, noch als lid van een andere fractie. Niettemin behouden deze fracties het oorspronkelijke aantal leden in de commissie.
De commissies worden echter opnieuw samengesteld na de aanname van een collectieve of een individuele constructieve motie van wantrouwen als daardoor het aantal mandaten dat toekomt aan de fracties waarvan leden deel uitmaken van het college van burgemeester en schepenen niet hoger is dan de som van het aantal mandaten dat toekomt aan de andere fracties.
§ 3. - Om ontvankelijk te zijn moet de akte van voordracht voor elk van de kandidaat-commissieleden ten minste ondertekend zijn door een meerderheid van de leden van de fractie waarvan het kandidaat-commissielid deel van uitmaakt. Indien de fractie van het kandidaat-commissielid slechts uit twee verkozenen bestaat, volstaat de handtekening van één van hen. Niemand kan meer dan één akte ondertekenen per beschikbaar mandaat voor de fractie.
§ 4. - Elke commissie wordt voorgezeten door een gemeenteraadslid. De leden van het college van burgemeester en schepenen kunnen geen voorzitter zijn van een commissie. De voorzitter van de commissie en zijn plaatsvervanger worden aangewezen door de gemeenteraad.
Kandidaturen voor voorzitter van de gemeenteraadscommissie zijn slechts ontvankelijk indien ze een plaatsvervanger vermelden en indien ze uiterlijk 8 werkdagen vóór de gemeenteraad waarop de commissievoorzitter en zijn plaatsvervanger worden verkozen aan de algemeen directeur worden overhandigd.
Indien de commissievoorzitter verhinderd is, wordt hij opgevolgd door zijn plaatsvervanger zoals aangeduid in hun kandidatuur.
§ 5. - De commissies vergaderen in principe fysiek, tenzij de voorzitter in de bijeenroeping aangeeft dat het om een digitale vergadering gaat. Bij een fysieke vergadering kan de voorzitter bij het begin van de vergadering ook de toelating geven aan een of meer leden die erom verzoeken om digitaal deel te nemen. De commissievoorzitter zelf kan nooit digitaal deelnemen aan een fysieke of hybride vergadering van een commissie.
De commissies worden door hun voorzitter bijeengeroepen op dezelfde wijze als de raad bijeengeroepen wordt.
Een derde van de leden van de commissie kan de voorzitter vragen de commissie bijeen te roepen. De oproeping vermeldt de agenda en wordt naar alle gemeenteraadsleden gestuurd. Deze informatie wordt eveneens bekendgemaakt aan het publiek. Dit gebeurt op dezelfde wijze als de bekendmaking van de gemeenteraad.
De commissies kunnen geldig vergaderen, ongeacht het aantal aanwezige leden.
De vergaderingen van de commissies zijn in principe openbaar volgens dezelfde voorwaarden als voor de gemeenteraad.
De leden van de commissies stemmen, zoals in de gemeenteraad, in het openbaar. Onder dezelfde voorwaarden als voor de gemeenteraad is de stemming geheim.
De raadsleden die geen lid van de commissie zijn, of geen lid zijn met raadgevende stem, kunnen, weliswaar zonder stemrecht en zonder recht op presentiegeld, de vergaderingen van de commissies, waarvan zij geen deel uitmaken, bijwonen. Ze hebben er ook spreekrecht.
Vooraleer aan de vergadering deel te nemen, tekenen de leden van elke commissie een aanwezigheidslijst, die aan de algemeen directeur wordt bezorgd.
Het ambt van secretaris van elke raadscommissie wordt waargenomen door één of meer personeelsleden van de gemeente, op voorstel van de algemeen directeur, aangewezen door het college van burgemeester en schepenen.
§ 6. - De deontologische commissie is geen commissie zoals bedoeld in dit artikel. De samenstelling, werking en bevoegdheid van de deontologische commissie wordt geregeld in de deontologische code voor mandatarissen.
VERGOEDINGEN RAADSLEDEN
Art. 28. - § 1. – Aan de raadsleden, met uitzondering van de burgemeester en de schepenen, wordt presentiegeld verleend voor volgende vergaderingen waarop zij aanwezig zijn:
1° de vergaderingen van de gemeenteraad;
2° de vergaderingen van de gemeenteraadscommissies waarin men als effectief lid zetelt (incl. deze waarvoor raadsleden overeenkomstig art. 37 § 3, vierde lid van het decreet lokaal bestuur zijn aangewezen als leden met raadgevende stem);
3° de vergadering waarvoor men in principe recht op presentiegeld heeft, maar waarvoor het aanwezigheidsquorum niet werd bereikt;
4° de vergaderingen die slechts gedeeltelijk werden bijgewoond;
5° de vergaderingen die werden hervat op een andere dag;
6° de vergaderingen van de deontologische commissie.
§ 2. - Het presentiegeld bedraagt 260,045 euro (geïndexeerd januari 2025) voor de vergaderingen van de gemeenteraad.De in dit artikel vermelde bedragen worden geïndexeerd op basis van de bepalingen van art. 9 en 18 van het besluit van de Vlaamse regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris.
De voorzitter van de gemeenteraad of zijn vervanger ontvangt een dubbel presentiegeld voor de vergaderingen van de gemeenteraad die hij voorzit.
§ 3. – Indien de gemeenteraad en de daarop aansluitende raad voor maatschappelijk welzijn in totaal minder dan 30 minuten duren, zal er geen presentiegeld worden uitgekeerd.
§ 4. – Het presentiegeld bedraagt 60,943 euro (geïndexeerd januari 2025) voor de vergaderingen van de gemeenteraadscommissies. De in dit artikel vermelde bedragen worden geïndexeerd op basis van de bepalingen van art. 9 en 18 van het besluit van de Vlaamse regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris.
Art. 29. - § 1. - Conform de dienstverlening, zoals bepaald in dit reglement, hebben de gemeenteraadsleden op het gemeentehuis toegang tot telefoon en internetaansluiting via hun persoonlijke laptop en/of tablet en kunnen ze kopieën bekomen van gemeentelijke bestuursdocumenten. In een daartoe voorbehouden lokaal kunnen de diverse gemeenteraadsfracties alle nodige informatie inkijken. Indien een raadslid niet over een persoonlijke laptop of tablet beschikt en op het gemeentehuis toch gebruik wil maken van internet, wordt door de algemeen directeur in overleg met het betrokken raadslid naar een oplossing gezocht.
§ 2. - Verplaatsingskosten van gemeenteraadsleden, die de gemeente vertegenwoordigen in intergemeentelijke samenwerkingsverbanden, noodzakelijk voor de uitoefening van hun mandaat, worden door het gemeentebestuur terugbetaald na een verklaring op erewoord en, voor zover als mogelijk, eventuele voorlegging van bewijsstukken, op basis van de wettelijk vastgestelde tarieven voor de ambtenaren van de Vlaamse Gemeenschap.
Indien het raadslid voor de betreffende vergadering presentiegelden ontvangt of op een andere wijze zijn verplaatsingskosten betaald krijgt, geldt deze regeling niet.
§ 3. – Voor de leden van het college van burgemeester en schepenen geldt een specifieke regeling inzake representatiekosten die apart wordt uitgewerkt, waardoor de bepalingen van artikel 29 niet van toepassing zijn op de leden van het college van burgemeester en schepenen.
§ 4. – De gemeente sluit een verzekering af die de burgerlijke aansprakelijkheid dekt, met inbegrip van de rechtsbijstand, voor gemeenteraadsleden. Dit betreft de aansprakelijkheid die hen persoonlijk kan treffen bij de normale uitoefening van hun mandaat. Verder sluit de gemeente naast de verzekering, vermeld in het vierde lid, de volgende verzekeringen af:
een verzekering die de bestuurdersaansprakelijkheid dekt voor gemeenteraadsleden die tijdens de normale uitoefening van hun mandaat de gemeente vertegenwoordigen, bijvoorbeeld als lid van een raad van bestuur of als dagelijks bestuurder van een rechtspersoon, mits deze rechtspersoon zelf geen bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering heeft voor de gemeenteraadsleden.
een verzekering voor ongevallen die de gemeenteraadsleden overkomen in het kader van de normale uitoefening van hun mandaat.
§ 5. - Ter ondersteuning van de gemeenteraadsfracties wordt jaarlijks aan elke fractie, vertegenwoordigd in de gemeenteraad, een werkingsbudget ten laste van de gemeentebegroting ter beschikking gesteld als volgt bepaald: 350 euro per gemeenteraadslid van de fractie.
De fractie kan dit budget enkel gebruiken voor de ondersteuning van de eigen werking (incl. kosten van studiedagen of vormingscursussen). De middelen mogen niet gebruikt worden voor partijwerking, verkiezingen of ter compensatie van presentiegeld, wedde, enz.
Op het einde van het werkjaar licht de fractie aan de gemeenteraad in een nota met bewijsstukken toe hoe ze de ontvangen middelen gebruikte. Jaarlijks wordt een overzicht gemaakt van de aanwending van alle middelen voor de ondersteuning van de fracties. Dat overzicht is openbaar.
Wanneer een fractie financiële middelen aanwendde voor andere doeleinden dan de ondersteuning van de eigen werking, kan het gemeentebestuur deze middelen terugvorderen.
Artikel 2: Een afschrift van dit besluit wordt bezorgd aan:
Algemeen directeur
Financieel directeur
Stafmedewerkers
Team HRM & Secretariaat
Team Informatie & Communicatie