DE GEMEENTERAAD
MOTIVERING
Op 29 oktober 2021 diende Erwin Van San namens Pidpa OPDRAVER de omgevingsaanvraag in voor het bouwen en exploiteren van een hogedrukgebouw en dienstgebouw en het gedeeltelijk afschaffen van een buurtweg, met als adres Eisterlee 25, Vierselse baan 1A, 3 en 5, 2280 Grobbendonk. Kadastraal is het perceel gekend als afdeling 1 sectie B nrs. 1C, 1D, 2K, 2L2, 2R2, 2S2, 2T2, 2C2, 2B2, 2Y, 2V2, 2X2, 3K, 3L, 3P, 3R, 3C, 6A2, 6B2, 6D2, 6E2, 6F2, 6G2, 6K2, 6L2, 6M, 6R, 6T, 6V, 6W, 6X, 6Y, 6Z, 6H2, 7D4, 7X3, 7E4, 7B4, 7C4, 7F3, 7F4, 7G3, 7L3, 7M2, 7V, 7Y3, 7K2, 7A4, 7E3, 7K3, 7N4, 7Z3, 106D, 106E, 106G en 847D.
De omgevingsaanvraag heeft omgevingsloketnummer OMV_2021103753.
In casu is de aanvraag van Vlaams niveau overeenkomstig artikel 15 van het omgevingsdecreet.
Artikel 15.
§ 1. De Vlaamse Regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar is in eerste administratieve aanleg bevoegd voor de volgende aanvragen van:
1° de Vlaamse projecten;
2° de projecten die uitsluitend mobiele of verplaatsbare inrichtingen of activiteiten omvatten als vermeld in artikel 5.1.1, 10°, van het DABM over twee of meer provincies.
De Vlaamse Regering bepaalt in welke gevallen de gewestelijke omgevingsambtenaar over de vergunningsaanvraag kan beslissen.
Dit heeft tot gevolg dat de Vlaamse Regering of de gewestelijke omgevingsambtenaar de vergunningverlenende overheid is, na advies van de gewestelijke omgevingsvergunningscommissie, en niet het college van burgemeester en schepenen. Het college van burgemeester en schepenen vervult binnen de voorliggende procedure slechts een adviserende rol.
De aanvraag omvat de gedeeltelijke afschaffing van een gemeenteweg. Het Vlaams Departement Omgeving heeft de gemeenteraadsbeslissing betreffende de zaak der wegen gevraagd.
Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdende met de ter zake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en de uitvoeringsbesluiten.
Artikel 162 van de grondwet.
Artikel 117, eerste lid van de Nieuwe Gemeentewet.
Decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest, van het administratief toezicht op de gemeenten.
Decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014.
Gecodificeerd Decreet Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
Decreet houdende de gemeentewegen van 03 mei 2019.
Toetsing aan de regelgeving en de stedenbouwkundige voorschriften en toetsing aan de goede ruimtelijke ordening
De aanvraag situeert zich in het vastgestelde gewestplan Herentals - Mol: origineel gewestplan volgens KB van 28 juli 1978 met bestemming gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen.
Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
De omgevingsaanvraag omvat de tracéwijziging, verbreding of opheffing van bestaande gemeentelijke verkeerswegen. De aanvraag voorziet namelijk in de gedeeltelijke afschaffing van de voetweg 38 die voorkomt op de atlas der buurtwegen. De gemeenteraad dient een besluit over de zaak van de wegen te nemen.
Openbaar onderzoek
Het openbaar onderzoek werd gehouden door aanplakking op de gewone aanplakplaatsen, van 28 januari 2022 tot 26 februari 2022. Een tweede openbaar onderzoek werd georganiseerd van 25 maart 2022 tot 23 april 2022.
Er werden geen bezwaarschriften ingediend.
Watertoets
De gedeeltelijke afschaffing van de voetweg heeft geen impact op de vereisten van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratie-voorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
Overeenkomstig artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (B.S. 18 juli 2003) werd het ontwerp onderworpen aan de watertoets. De af te schaffen voetweg ligt niet in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied, zodat in alle redelijkheid geoordeeld kan worden dat geen schadelijk effect wordt veroorzaakt in de plaatselijke waterhuishouding, noch dat dit mag verwacht worden ten aanzien van het eigendom in aanvraag.
Advies gemeentelijk omgevingsambtenaar
Overeenkomstig het omgevingsdecreet dient de gemeenteraad zich uit te spreken over de opheffing van de gemeenteweg.
Omgevingsdecreet Artikel 31.
§ 1. Als de aanvraag de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, roept het college van burgemeester en schepenen, in voorkomend geval op verzoek van de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15, de gemeenteraad samen om te beslissen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg.
De gemeenteraad spreekt zich uit over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein. Hierbij wordt rekening gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden, die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt.
Uit het decreet gemeentewegen blijkt het volgende:
Artikel 3.
Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen.
Om de doelstelling, vermeld in het eerste lid, te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:
1° de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau;
2° de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak.
Artikel 4.
Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:
1° wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;
2° een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;
3° de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;
4° wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;
5° bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.
Reeds in 1977 werd een aanvraag tot wijziging van de buurtweg ingediend, maar de wijziging werd toentertijd niet goedgekeurd.
Hoewel binnen een omgevingsvergunningsaanvraag artikel 31 de mogelijkheid wordt voorzien om gelijktijdig een voetweg af te schaffen of te verleggen, zijn hier evenwel strikte voorwaarden aan verbonden.
De aanvrager heeft er resoluut voor gekozen de weg (althans gedeeltelijk voor wat betreft het eigendom van Pidpa) af te schaffen. Een verlegging werd klaarblijkelijk niet onderzocht. Het zondermeer afschaffen van een voetweg strijdt met bepalingen van artikel 3 van het gemeentewegendecreet.
Het decreet gemeentewegen heeft overeenkomstig artikel 3 tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften inzake zachte mobiliteit te voldoen. Het is evident dat het zondermeer afschaffen van een voetweg er niet op gericht is om aan de behoeften inzake zachte mobiliteit te voldoen. Het behouden, of eventueel verleggen van een voetweg, onderschrijft daarentegen de doelstellingsbepalingen van het decreet gemeentewegen wel. Belangrijk hierbij is de uitbouw van een veilig wegennet en het herwaarderen en beschermen van het fijnmazig netwerk van trage wegen. Het feit of de voetweg nog in gebruik is of niet doet hier geen afbreuk aan. Het decreet gemeentewegen draagt immers ook in zich dat het de bedoeling is om in het bijzonder aan de huidige én toekomstige behoeften van zachte mobiliteit te voldoen.
Binnen de herwaardering van een fijnmazig netwerk van trage wegen is een eventuele verlegging daarom te prefereren boven de afschaffing.
Wijzigingen van het gemeentelijk wegennet moeten overeenkomstig het decreet gemeentewegen steeds ten dienste staan van het algemeen belang. Het zondermeer afschaffen van, in onbruik geraakte, voetwegen dient het algemeen belang niet. Een eventuele verlegging ervan kan in dat kader wel overwogen worden.
Om die reden wordt de gedeeltelijke afschaffing van de voetweg negatief geadviseerd. Overeenkomstig de geëigende procedures zou een verlegging van de voetweg via Withof naar Lorkendreef om dan aan te sluiten op Vierselsebaan, overwogen worden.
De gemeenteraad dient zich uit te spreken over de ligging, de breedte en de uitrusting van de gemeenteweg, en over de eventuele opname in het openbaar domein. Vermits de aanvraag uitging van een, gedeeltelijke, afschaffing en niet van een verlegging, kan de gemeenteraad zich hierover, binnen de voorliggende aanvraag, niet concreet uitspreken. Dergelijke documenten ontbreken immers in het aanvraagdossier.
Het college van burgemeester en schepenen heeft kennisgenomen van het advies van de omgevingsambtenaar, uitgebracht op 3 mei 2022.
BESLUIT
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
Artikel 1: Weigering van de gedeeltelijk afschaffing van voetweg 38 binnen de voorliggende omgevingsvergunningsprocedure zoals aangegeven op het bijgevoegde plan.
Dit plan maakt integraal deel uit van dit besluit.